Terug naar de krant

Wouter Koolmees: ‘Het hele systeem moet menselijker’

Leeslijst interview

Uitkeringen Het sociale beleid moet anders, maakte de Toeslagenaffaire duidelijk. Maar Wouter Koolmees wil ook door met fraudebestrijding.

Leeslijst

De pendule: Wouter Koolmees heeft ’m vaker heen en weer zien zwaaien, zegt hij. Van woede over toeslagen- en uitkeringsfraude naar woede over de hardvochtigheid van het systeem. Sinds de Toeslagenaffaire is het duidelijk dat het beleid anders moet – maar hoe?

Voor D66’er Koolmees, demissionair minister van Sociale Zaken, is die vraag al langer aan de orde. Begin vorig jaar kondigde zijn ministerie aan dat de Participatiewet, de wet die mensen moet helpen maar die vaak zó complex is, dat mensen met een uitkering in de problemen komen, onder de loep zal worden genomen.

Vrijdag kondigde hij in een brief aan de Tweede Kamer een nog breder onderzoek aan naar de wetgeving binnen zijn departement: van de Participatiewet tot aan het UWV en het persoonsgebonden budget (pgb).

“Het systeem moet menselijker”, vindt Koolmees. Maar hij waarschuwt tegelijkertijd ook: als we daarbij de fraudebestrijding helemaal uit het oog verliezen, slaat de pendule straks weer de ándere kant op. „Mensen die tussen wal en schip vallen, die moet je helpen. Maar we moeten misbruik van uitkeringen wel voorkomen. Zijn er voldoende prikkels om niet in een uitkering te blijven hangen als dat niet hoeft? Behoud je het draagvlak?”

Is dat draagvlak echt de grootste zorg? De omvang van de bijstandsfraude is beperkt, maar de schade van hard ingrijpen is enorm, hebben we gezien.

„Je zou inderdaad kunnen zeggen: een paar miljoen op een begroting van miljarden, waar heb je het over? Maar vaak zijn dit soort symbolen van oneigenlijk gebruik of fraude juist de grote boosmakers bij mensen die premies betalen om hun ww op te kunnen bouwen. Dat wil je niet uit het oog verliezen.”

Dat klinkt als het sentiment dat ontstond na de Bulgarenfraude in 2013. De hele Kamer drong toen aan op een strenge fraudeaanpak. U ook.

„Eens: die ervaring heb ik als Kamerlid ook gehad, dat het heel snel de ene kant op kan gaan. En dat je weinig oog hebt voor de complexiteit die daaronder ligt.

„Ik wil absoluut niet zeggen dat er geen hardheid is die je eruit moet halen. Maar als de pendule nu doorslaat naar de andere kant, krijg je onherroepelijk over twee jaar weer andere verhalen. Dan komen er voorbeelden waarover men zal zeggen: ‘dit is naïef, hier wordt misbruik van gemaakt’. En dat is niet goed voor de solidariteit, juist als je onze sociale zekerheid overeind wilt houden.”

Niet alleen de Toeslagenaffaire voedde het debat, in de Tweede Kamer en daarbuiten, over de hardheid van het systeem. Er was het verhaal van een vrouw in Wijdemeren die 7.000 euro moest terugbetalen omdat ze als bijstandsgerechtigde gratis boodschappen van haar moeder kreeg. En vorige week bleek dat een verblijf in de ggz kan leiden tot het verlies van een uitkering – waardoor patiënten tijdens een gedwongen opname hun woning kunnen verliezen.

Minister Wouter Koolmees sprak met gemeenten die zijn beleid moeten uitvoeren. Zij lopen vast in de regels als ze burgers willen helpen

Het zijn complexe zaken, zegt Koolmees, en vaak moeilijker dan ze lijken. Hij heeft de afgelopen maanden veel gesprekken gevoerd met de gemeenten die een hoofdrol spelen in de uitvoering van het beleid van zijn ministerie. Zij lopen vast in de regels als ze burgers uit de problemen willen helpen, vertellen ze. In de komende weken wil Koolmees ook met de andere kant van het systeem in gesprek: de bijstandsgerechtigden die in de knel komen.

Als het gaat over hardheid, lijkt het patroon hetzelfde: het systeem is complex, de burger loopt vast, de ambtenaar kan niet helpen.

„Wat is eerlijk? Daar begint het vaak. Gemeenten vragen om ruimte, om flexibel te zijn. De uitvoeringsorganisatie zegt: geef ons ook een checklist, want wij willen iedereen gelijk behandelen. Als we het doen voor het ene geval, ook voor het andere. Dat is allebei verdedigbaar, maar je kunt het niet allebei hebben.”

Hoe verander je dat?

„Het is goed om te bedenken dat dit niet alleen komt door de fraudeaanpak. Het is een feit dat er de afgelopen jaren ook fors is bezuinigd op de uitvoeringsorganisaties, dat er achterstanden ontstaan en dat de persoonlijke dienstverlening voor heel veel organisaties is weggehaald.

„Het loket, waar je als burger terecht kon, dat is in veel gevallen opgeheven.”

Is de oplossing dan niet simpel: dat verdwenen loket terugbrengen?

„In het regeerakkoord van Rutte III hadden we daar al geld voor geregeld. In de kabinetsreactie op het Toeslagenrapport hebben we dat opnieuw gedaan. Geld reserveren voor meer persoonlijke dienstverlening, voor meer aandacht voor de menselijke maat bij UWV en de Belastingdienst. Bij elkaar komt daarvoor de komende jaren een paar honderd miljoen euro beschikbaar.

„Dat extra maatwerk heeft nog een ander voordeel: we horen sneller waar het misgaat, waar het beter kan. Dat zien de uitvoerders vaak als eerste. Hun kennis is heel nuttig.”

Het rapport-Bosman over de uitvoeringsorganisatie concludeerde juist: naar hen wordt amper geluisterd.

„Op Sociale Zaken geldt: elke wet die hier wordt gemaakt, wordt uitvoerig voorgelegd aan de uitvoeringsorganisatie. Heel vaak heb ik tegen de Kamer moeten zeggen: dit kan niet op 1 januari volgend jaar, dit gaat langer duren voordat we het geïmplementeerd hebben. Dan luisteren we dus.

„Máár: wat vaak gebeurt, is dat op het laatst nog amendementen worden ingediend, wijzigingen worden doorgevoerd, of toezeggingen worden gedaan. Daar heeft die uitvoerige toets níét plaatsgevonden en dan zie je vaak dat dáár de knelpunten ontstaan.”

Waarom belanden die in de wet?

„Er wordt gezocht naar politiek draagvlak. Belanghebbenden die een brief sturen naar ons of naar Kamerleden en zeggen: op deze manier raken we in de verdrukking, dus doe het op die manier. Of het gebeurt in een Kamermotie, zo een amendement. Een dergelijke wijziging kan grote gevolgen hebben. Ook daar willen we beter op letten, bijvoorbeeld door ook een jaar ná iedere nieuwe wet een uitvoeringstoets te doen.”

Kun je niet beter al in de wetgeving voorkomen dat de burger in de knel komt?

„Zeker. We moeten het beleid niet alleen op basis van uitersten maken, ruimte geven aan de professional om het anders te doen. En we moeten ons blijven afvragen: waarom deden we het ook alweer zo, waarom hebben we dat als Kamer gedaan, waarom als kabinet? Dat is niet makkelijk, want dat is vaak een verschrikkelijk genuanceerde boodschap. En dat kun je moeilijker verkopen.”

Een versie van dit artikel verscheen ook in NRC Handelsblad van 5 juni 2021.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in